- Unique selling point
- Unique selling point
- Unique selling point
Haansberg, de nieuw te ontwikkelen wijk in Etten-Leur, draait om bereikbaarheid, veiligheid en gezondheid. We willen een wijk creëren met veilige fiets- en wandelpaden, ontmoetingsplekken en mogelijkheden voor gezamenlijk gebruik van vervoersmiddelen. Door het bevorderen van wandelen, fietsen en (elektrisch) deelvervoer willen we autoverkeer verminderen en ruimte, energie en uitstoot besparen.
Zo ontstaat er meer openbaar gebied met groen, waar voetgangers en spelende kinderen de ruimte krijgen. Haansberg wordt zo een aantrekkelijke en gezonde leefomgeving voor iedereen.
Het thema Verplaatsen en verblijven hebben we onderverdeeld in zes subcategorieën die we hieronder toelichten:
De nabijheid van voorzieningen, zoals het NS-station, maakt Haansberg een ideale locatie voor een mobiliteitsaanpak die bijdraagt aan een gezonde en duurzame leefomgeving.
Lopen en fietsen worden gestimuleerd als comfortabele en logische keuze, aangevuld met goed openbaar vervoer en deelmobiliteit. Voor wie afhankelijk is van de auto, zorgen we voor slimme oplossingen zoals mobiliteitshubs en efficiënte parkeerfaciliteiten. Hierdoor ontstaat er meer ruimte voor groen.
We creëren veilige en aantrekkelijke wandel- en fietspaden die woningen, voorzieningen, groengebieden en mobiliteitshubs verbinden. De routes vormen een groene verbinding van het centrum van Etten-Leur via Haansberg naar het beekdal. Fietsers en wandelaars kunnen elkaar makkelijk passeren. Waar nodig lopen paden samen in woonstraten.
Door te investeren in deze infrastructuur stimuleren we bewoners om te bewegen en dragen we bij aan een groene, gezonde wijk.
In Haansberg streven we naar een autoluwe, groene en duurzame wijk. Daarom komen er op verschillende plekken mobiliteitshubs.
Een mobiliteitshub is een centrale plek waar verschillende vervoersmiddelen samenkomen, zoals openbaar vervoer, deelauto’s, deelfietsen en scooters. Zo wordt reizen makkelijker, duurzamer en efficiënter. Mensen kunnen hier bijvoorbeeld hun auto parkeren en overstappen op bus, trein of een gedeeld vervoermiddel.
Hoe de mobiliteitshubs er precies uit komen te zien, is afhankelijk van de locatie en voorzieningen. Ze worden ingetekend zodra het ontwerp van de wijk concreter is.
Haansberg is goed bereikbaar met de fiets vanaf het treinstation, het centrum en industrieterrein Vosdonk. We leggen een goede fietsroute aan en bouwen twee bushaltes aan de Hoevenseweg, inclusief veilige oversteekplaatsen en fietsenstallingen.
Omdat de auto in Haansberg te gast is, rijden er geen OV-bussen door de wijk. We onderzoeken samen met marktpartijen hoe we het vervoer in en rondom Haansberg kunnen verbeteren en bijdragen aan duurzamere vormen van mobiliteit.
We beperken het autobezit door voorzieningen dichtbij te plaatsen en te zorgen voor goede fietspaden. Auto’s zijn te gast in de wijk, met een maximumsnelheid van 30 kilometer per uur of lager waar mogelijk.
We vermijden lange rechte wegen, stimuleren langzaam verkeer en zorgen voor veilige oversteekplaatsen. Voor hulpdiensten en pakketbezorging stemmen we alles zorgvuldig af met de betrokken partijen.
Parkeren gebeurt op centrale plekken in de wijk, op maximaal 150 meter van de woningen. Zo houden we auto’s uit het straatbeeld, bijvoorbeeld door gebruik van parkeerhubs of ondergrondse parkeergarages. Bezoekers en bewoners parkeren niet voor de deur, tenzij er een eigen oprit is.
We onderzoeken of het mogelijk is om het aantal auto’s per woning te beperken, zodat de wijk groener en veiliger wordt. Voor gehandicaptenparkeerkaarten houden we rekening met de landelijke regels (VIA-protocol GPK).
Voor we starten met bouwen en de eerste bewoners hun intrek nemen, zorgen we dat verkeer en infrastructuur in Haansberg goed geregeld zijn. De wegen in en rondom de wijk worden veilig en geschikt voor het verwachte verkeer. Ook worden bouwwegen en ondergrondse voorzieningen zoals kabels en leidingen aangelegd.
Op de speciale projectpagina “verkeerskundig en infrastructureel in orde brengen” lees je meer over hoe we de dialoog en besluitvorming rondom het ontwerp en de uitvoering organiseren.
